Jonge jaren
Het vroege leven van Temüjin is uiterst moeizaam. Als negen jarige, moet hij van zijn vader al trouwen. Een politieke zet. Hij wordt uit huis geplaatst om bij de familie van zijn toekomstige vrouw te wonen tot de huwbare leeftijd van 14. Kort daarna wordt zijn vader vermoord.
Zijn halfbroer Begter is de nieuwe leider van de stam, totdat deze door het jongere broertje Temüjin vermoord werd. De ruzie tussen hen heeft een gestolen jachtbuit (een gevangen vis) als aanleiding. De echte reden is Begters wens om zijn moeder Hoelun te trouwen om de macht definitief in handen te krijgen. Dit vindt Temujin toch te ver gaan. Samen met zijn broer Khasar schiet hij Begter neer.
Temüjins stam weigert door een jongen te worden geleid en laat hem na de dood van Yesükhei in de steek. Omdat er bovendien moord in de familie is gepleegd, wordt Temujin vogelvrij verklaard. De daaropvolgende jaren leeft hij met zijn familie als arme nomaden. Ze overleven het door het eten van knaagdieren. Zijn moeder Hoelun leert hem te survivalen in het ruwe klimaat van Mongolië door goed gebruik te maken van samenwerking met anderen. In zijn latere jaren kan hij deze kennis heel goed in de praktijk brengen.
Huwelijk met Börte
Rond de leeftijd van zestien trouwt Temüjin met Börte uit de stam Konkirat. Hij krijgt een mantel van zwart sabelbont, als bruidsschat. Dit waardevolle stuk komt later goed van pas. Want zijn jonge vrouw wordt ontvoerd tijdens een inval door de stam Merkit. Temüjin onderhandelt met zijn vriend en latere rivaal, Jamuka, met een lokale machthebber, Toghril, die hij de mantel aanbiedt. Toghril helpt hem om de Merkit aan te vallen en wordt zijn beschermer. Börte wordt gelukkig bevrijd.
De geboorte van het eerste kind van Börte, Jochi, volgt snel daarna. Het is mogelijk dat deze oudste zoon niet Dzjenghis eigen zoon is, omdat Börte 9 maanden voor de geboorte van Jochi gevangen heeft gezeten.
Met zijn vrouw Börte krijgt hij meer kinderen, waaronder vier zonen: Jochi, Chagatai, Ögedei en Tolui. Deze zetten de dynastie voort. De belangrijkste kleinkinderen van Dzjengis Khan zijn: Batu, Berke, Hulegu, Möngke, Koeblai, Ariq Boke en Güyük. Ook Timoer Lenk is misschien een afstammeling van Dzjengis Khan.
Veroveringen van land en vrouwen
Temüjin verenigt de Mongoolse en Turkse stammen tot een confederatie. Na de onderwerping van vele stammen van Mongolië en het vestigen van zijn hoofdstad in Karakoroem, houdt Temüjin een grote vergadering, waarin hij de leiding van de Mongolen op zich neemt en zijn titel Dzjengis Khan krijgt.
De Chinezen zijn niet veilig voor de Khan. Hij valt Noord-China binnen en heeft in 1215 het grootste deel van het grondgebied bezet. Dzjengis Khan is een sterk heerser en militaire leider. Hij sticht het grootste imperium in de wereldgeschiedenis, van China tot aan de rivier de Donau.
De Khan is zowel een bevrijder als een onderdrukker. Hij geeft de volkeren die hij verovert nieuwe vrijheden, zoals het recht op vrijheid van godsdienst, en verlaagt de belastingen voor de armen.
Tijdens de veldtochten onder zijn bewind worden tegenstanders afgeslacht. En vrouwen van de veroverde stammen geroofd en aan de Mongoolse soldaten en officieren gegeven. Documenten uit die tijd melden de Khan de eerste keus heeft. Hij slaapt met meerdere vrouwen per nacht.
Er zijn volksverhalen dat een prinses van de Tangut de Khan castreert met een verborgen mes om haar volk te wreken en zich te weren tegen de avances van de Khan. Een ingreep waar hij nooit helemaal van herstelt. Desondanks is zijn nalatenschap verbazingwekkend…
Grootste aantal afstammelingen
Genetici publiceren in 2003 een studie waarbij ze de genetische samenstelling van bevolkingsgroepen in Azië analyseren. Het blijkt dat in het Y-chromosoom een karakteristiek stuk (marker) gevonden kan worden, dat bij 8 procent van de mannen van het voormalige Mongoolse rijk voorkomt. Dat komt overeen met 16 miljoen mensen vandaag. Deze marker begint ongeveer 1000 jaar geleden en het patroon van verspreiding komt overeen met de veroveringen van Dzjengis Khan.
In publicaties hierover wordt Dzjengis Khan “the most prolific lover” aller tijden genoemd. Of het Y-chromosoom van Dzjengis Khan zelf was, zal pas duidelijk worden als ooit zijn overblijfselen gevonden en onderzocht kunnen worden. Want ook de zonen van de Khan verspreiden hun zaad uitbundig. Het is bekend dat alleen al zijn oudste zoon Jochi 40 zonen had. Zijn kleinzoon Koeblai Khan had 22 legale zonen en voegde elk jaar 30 maagden aan zijn harem toe.
https://www.youtube.com/watch?v=NqHUmWFOegI