Verlichting in de liefde
Door: Paul Smit
In een vlot geschreven, uitdagend betoog belooft Paul Smit, filosoof en cabaretier, ons via de weg van non-dualiteit verlichting van de last van de liefde.
Jaar: 2014
Uitgever: Samsara
ISBN: 9789491411236
Hoe mooi, fijn, verrijkend en zingevend de Liefde ook kan zijn, soms wegen de perikelen ervan zwaar. Paul Smit, filosoof en cabaretier, belooft in de flaptekst onze last te verlichten:
“De liefde is het mooiste dat er is, maar soms ook het meest pijnlijke. Hoe werkt de liefde eigenlijk? Wat is verliefdheid? Wie vinden we aantrekkelijk? Is de mens van nature monogaam? Hoe komt het dat er zoveel relatieproblemen zijn en wat maakt dat we er vaak over piekeren? In dit boek wordt de liefde belicht vanuit non-dualiteit, een eeuwenoude filosofie uit India. Daar waar de liefde doorgaans gepaard gaat met angst, projecties, verwijten en teleurstelling, verwijst non-dualiteit naar bevrijding en onvoorwaardelijke liefde. Daar hoef je overigens niets voor te doen! Verlichting heeft te maken met één eenvoudig, maar radicaal inzicht. Zodra dit inzicht integreert in je dagelijks leven, lost een wereld van pijn op. Het leven en de liefde gaan gewoon door, maar dan vanuit innerlijke rust en ontspanning.”
Het “ik” is een illusie
Non-dualiteit betekent dat alles met elkaar verbonden is, alles één is. De scheiding, de dualiteit tussen dingen en mensen die wij ervaren, bijvoorbeeld waarnemer en object of ‘ik’ en ‘de ander’ is een illusie. Als alles met elkaar verbonden is, als uiteindelijk alles één is, dan bestaat er ook helemaal geen Ik. Ik en jij zijn één, en ook één met ‘de kosmos’. Op dit punt in de redenering slepen moderne auteurs graag de quantumfysica er aan de haren bij. Als fysicus krommen mij dan spontaan de tenen. Smit kan de verleiding niet helemaal weerstaan, maar hier blijft hij gelukkig binnen de perken van de betamelijkheid.
“Vrije wil” is een illusie
Smit gaat wel vol op het orgel over de vrije wil. Die bestaat volgens hem helemaal niet. De non-dualiteit gebiedt dat volgens hem. Maar niet alleen volgens de eeuwen-oude Indiërs. Smit ziet ook volop steun van de moderne neurowetenschappen. Hij houdt ons voor dat ons brein volledig wordt beheerst door neurotransmitters en dat onze hersenactiviteit voor 99,99999999% wordt besteed aan het onderbewuste. Ons bewustzijn krijgt maar een schamele 0,00000001% toebedeeld. Handelingen die wij bewust denken te nemen, worden voorgekookt in het onderbewuste en dan aan het bewuste gepresenteerd als vrije keuze. Maar in werkelijkheid doet volgens Smit iedereen wat hij doet, onbewust, zonder dat hij daar iets aan kan doen. Je hebt ook geen controle over je gedachten en emoties. Verliefdheid is een chemisch proces in je brein.
We hoeven alleen nog maar te zien hoe fijn dat is
Dit klinkt misschien angstaanjagend, maar volgens Smit is het een zegen! Immers, nu maken we ons vaak vreselijk druk om wat we gedaan hebben of zouden moeten doen. Of wat de ander heeft gedaan, of juist niet. Daarmee veroorzaken we onszelf veel pijn en verdriet. En dat is dus nergens voor nodig, want we kunnen er tóch niets aan doen, net zo min als de ander verantwoordelijk gehouden kan worden voor zijn of haar daden. Als we de illusie van controle loslaten en accepteren wat er ís, wat je voelt, wat je doet en wat de ander doet, dan kunnen we ook genieten van wat er is. Dan breekt het licht van de Verlichting door. Aldus Smit.
Helaas…
…. zakt de filosoof Smit door het dunne ijs van zijn eigen betoog. Over non-dualiteit en de vrije wil buigen wijze mannen en vrouwen zich al millennia. Smit gaat op de ene plaats te kort door de bocht, op de andere vliegt hij er juist uit. Hij claimt dat zijn beweringen wetenschappelijk gestaafd worden. Dat zou zo kunnen zijn maar in wat hij aandraagt blijkt daar weinig van. Hij maakt weliswaar de kracht van het onderbewuste heel plausibel, maar hij bewijst niet dat het bewuste helemaal geen rol speelt en zelfs een illusie zou zijn. Bijvoorbeeld: waarom zou die 0,00000001% bewuste hersenactiviteit niet genoeg kunnen om de hele breinmachinerie te kunnen sturen, net zoals een programmeur met zijn kleine breintje de machtige megaflops van zijn computer programmeert en een machinist met zijn pink de paardenkrachten van zijn trein in toom houdt. Verder, zijn eigen redenering volgend: waarom zouden we überhaupt zijn boek moeten lezen en zijn adviezen opvolgen? We kunnen er toch niks mee, want we doen wat we doen. Tenslotte, een groot emotioneel bezwaar dat ik heb is dat de hele ethiek en moraal in duigen zouden vallen: waarom zou ik niet moorden en stelen? Ik kan er immers niets aan doen?
Maar gelukkig…..
…. is Paul Smit óók een cabaretier! Ondanks dat zijn betoog filosofisch rammelt, is het wél een héél leuk boekje!! Zijn verhaal is sympathiek, prikkelend en intrigerend, het is goed en met vaart geschreven en het zet aan tot nadenken. Al met al neem ik nu mijn eigen onderbewuste nóg serieuzer dan ik al deed en kan ik met nog net wat meer compassie naar mezelf en de ander kijken. Aan het eind relativeert Smit zichzelf. Immers, zegt hij, dit boekje bevat slechts zíjn gedachten, die hij ook niet kan helpen, misschien is het wel helemaal niet waar! Hij suggereert zelfs dit boek en/of je relatie maar weg te gooien. Dus hoe serieus neemt hij zijn eigen betoog zelf? Hebben we niet één grote cabaretvoorstelling zitten lezen? Misschien is het antwoord wel non-duaal: ja én nee.
Tenslotte
Voor mij beklijven er uit dit boekje geen levenslessen waarop ik kan koersen. Ik ben ongetwijfeld nog niet voldoende verlicht, maar die vrije wil, daar kan ik geen afstand van doen. Voor de rammelende filosofische kwaliteit krijgt Smit niet meer dan twee sterren. Maar ik heb wél genoten van de rit. Ik heb me met plezier laten uitdagen en mijn brein is geprikkeld. Voor de kwaliteiten van die vertelling verdient hij vier sterren. Dus drie sterren heeft hij dik verdiend.
Geef een reactie